Hoe hoog is een kostendekkende kilometervergoeding?
Werkgevers hebben sinds dit jaar de mogelijkheid om werknemers een onbelaste reiskostenvergoeding van € 0,23 per kilometer aan te bieden. Echter, volgens de Vereniging Zakelijke Rijders (VZR) blijkt in veel gevallen dat deze kilometervergoeding niet alle kosten dekt.
De VZR publiceert jaarlijks normbedragen voor een reële kilometervergoeding. Hiervoor wordt gekeken naar de werkelijke kosten (pdf) van een zakelijke reis met een privéauto. Hierbij worden zowel de variabele kosten als een deel van de vaste kosten voor de meest gebruikte auto’s in drie categorieën in overweging genomen. Voor een middenklasse auto (cataloguswaarde tussen de € 20.000 en € 40.000) bedraagt het normbedrag € 0,35 per kilometer, voor minder dure auto’s € 0,26 per kilometer en voor duurdere auto’s zelfs € 0,49 per kilometer. Het gemiddelde normbedrag per kilometer is met € 0,04 gestegen in vergelijking met 2023, mede door hogere auto- en brandstofprijzen.
€ 0,23 per kilometer dekt variabele en vaste kosten niet
Met ingang van 1 januari 2024 is het wettelijke maximum voor een onbelaste reiskostenvergoeding verhoogd, van € 0,21 naar € 0,23 per kilometer. Echter, deze verhoging naar € 0,23 dekt over het algemeen niet de vaste en variabele kosten, zelfs niet bij relatief voordelige auto's. Dit resulteert in een kostenpost voor werknemers. Volgens een officiële overheidsevaluatie in 2023 lijkt het niet waarschijnlijk dat het wettelijke maximum snel weer zal stijgen. In deze evaluatie lag de nadruk op de variabele kosten en niet op de vaste kosten.
Hogere reiskostenvergoeding dan € 0,23 is mogelijk
Werkgevers zijn niet verplicht om het fiscale maximum van € 0,23 te hanteren bij de reiskostenvergoeding, tenzij dit specifiek is vastgelegd in de arbeidsvoorwaarden. Het staat werkgevers vrij om een lagere vergoeding (of zelfs geen vergoeding) toe te passen. Echter, gezien de krapte op de arbeidsmarkt en het principe van goed werkgeverschap, is het raadzaam voor werkgevers om terughoudend te zijn met het beknibbelen op dit vlak. Een werkgever heeft de mogelijkheid om een hogere vergoeding dan het fiscale maximum van € 0,23 toe te kennen. Om dit bedrag belastingvrij te houden, dient de werkgever het surplus boven € 0,23 in de vrije ruimte van de werkkostenregeling onder te brengen.
Bron: RendementOnline